Doofheid kan tot gevolg hebben dat u denkt dat u niet bij de “horende” samenleving past. Als u zich zo voelt, kan dat invloed hebben op uw gezondheid. Bijvoorbeeld:
- oververmoeidheid
- nergens zin in hebben
- een slechte concentratie
- zich buitengesloten voelen of alleen voelen.
Geschreven taal
Voor doofgeborenen of vroegdoven is gebarentaal vaak de eerste taal. Geschreven taal is voor sommige doven moeilijk. Lezen kan dan lastig zijn. Brieven van bijvoorbeeld de huisarts, school, de gemeente, het UWV of een andere instantie zijn daardoor moeilijk te begrijpen. En sommige instanties kun je alleen bellen. Dat maakt het extra moeilijk.
Opkomen voor jezelf
Met horenden contact houden op het werk, op school of privé, gaat niet vanzelf. U kunt zich kwetsbaar voelen. Soms is het lastig om ervoor te zorgen dat u niet gepest wordt of belachelijk gemaakt. Elke keer zeggen dat u doof bent en uitleggen hoe ze met u kunnen communiceren, is niet voor iedereen makkelijk. Ook kan het moeilijk zijn om keuzes te maken, bijvoorbeeld voor welke baan of studie. Een assertiviteitstraining en individuele begeleiding kunnen hierbij helpen.
Eenzaamheid
Een gesprek volgen kost dove mensen veel energie. Ze maken daardoor moeilijker contact met andere mensen. Ze zijn vaker alleen en lopen de kans eenzaam te worden.
Depressiviteit
Dove mensen hebben soms last van onbegrip, moeizame sociale contacten en gebrek aan energie. Ze kunnen daardoor somber, prikkelbaar of gestrest zijn. Als deze gevoelens lang blijven bestaan, kun je depressief worden. Het is goed om dan hulp te zoeken.
Verslaving
Mensen kunnen alcohol, drugs of medicijnen gebruiken om zich prettiger te voelen. Of ze gaan gokken. Als iemand dit steeds meer, vaker en vroeger op de dag nodig heeft, kan diegene verslaafd raken. GGMD kan dan helpen.
Gevolgen voor de horende omgeving
Doofheid kan invloed hebben op de omgang met andere mensen. Horende mensen merken bijvoorbeeld dat de dove persoon niet naar verjaardagen wil of vaker een slecht humeur heeft omdat hij of zij vermoeid is. Daardoor hebben ze soms minder zin om iets leuks met dove mensen te gaan doen. En horende partners of familieleden kunnen het zwaar vinden om steeds te moeten vertalen tussen de horenden en de dove. Het is belangrijk hierover te praten en samen naar creatieve oplossingen te zoeken. Dit houdt de relatie goed. GGMD kan u daarbij helpen.
Opvoeden
Horende kinderen van een dove ouder merken ook de gevolgen van de doofheid. Het contact met school verloopt bijvoorbeeld moeilijker. Dove ouders kunnen moeilijker communiceren met horende vriendjes, etc. Een horende partner moet vaak meer doen in de opvoeding.
Horende ouders met een doof kind kunnen veel vragen hebben. De communicatie gaat anders, het omgaan met horenden binnen en buiten het gezin gaat niet zomaar, het kiezen van een school gaat anders, etc. Ook hierbij kan GGMD helpen.